Vinkachtigen (Fringillidae) zijn een familie van zangvogels waarbij de vinken, sijzen, haak- en kruisbekken en kanaries ingedeeld worden. De familienaam is afgeleid van het woord fringilla, Latijn voor vink (F. coelebs), de meest algemene vertegenwoordiger van deze familie in Europa.
Het zijn meest zaadetende vogels met een korte, sterke snavel. Ze hebben een harde schedel en grote kaakspieren, die nodig zijn om de zeer harde zaden te kraken. De mannetjes verschillen meestal van de vrouwtjes in uiterlijk.
De meeste vinken zijn territoriaal ingesteld, sommigen broeden coöperatief.
Ze komen voor in Noord-Amerika, Afrika, Azië en Europa. Veel soorten komen voor op het zuidelijk halfrond. Eén familie, Euphonia is inheems in Zuid- en Midden-Amerika (het Neotropisch gebied).
Gele kanarie (Serinus flaviventris) Lambertsbaai 1999
Witbandkruisbek (Loxia leucoptera)
De familie Fringillidae behoort tot de superfamilie Passeroidea. Er zijn meer vogelsoorten die de naam vink dragen, maar niet tot de Fringillidae gerekend worden, zoals de darwinvinken (Thraupidae). Verder is er de familie van prachtvinken (Estrildidae) waartoe veel kooivogels zoals de zebravink behoren. De gorzen (Emberizidae) werden vroeger ook tot deze familie gerekend, maar vormen nu een aparte familie. Al deze families behoren overigens wel tot dezelfde superfamilie Passeroidea.
De volgende geslachten zijn bij de familie van de Vinkachtigen (Fringillidae) ingedeeld:[1]
Uitgestorven geslachten:
Vinkachtigen (Fringillidae) zijn een familie van zangvogels waarbij de vinken, sijzen, haak- en kruisbekken en kanaries ingedeeld worden. De familienaam is afgeleid van het woord fringilla, Latijn voor vink (F. coelebs), de meest algemene vertegenwoordiger van deze familie in Europa.