Parelhoenders (Numididae) zijn hoenderachtige vogels met veel ondersoorten. Ze worden ook wel poelepetaten of stipkippen genoemd (van poule-pintade, in het Frans heet een parelhoen een pintade). De familie telt 6 soorten.[1]
Het parelhoen komt oorspronkelijk uit Afrika en lijkt enigszins op de kalkoen. Het heeft een kale kop met lellen en witte stippen op het verenkleed.
Parelhoenders worden als siervogels op bijvoorbeeld kinderboerderijen gehouden.
Het voedsel bestaat uit allerlei soorten zaden, oud brood, insecten, miereneieren en groenvoer.
Het legsel bestaat meestal uit 24 tot 26 crèmekleurige eieren, die in ongeveer 25 dagen worden uitgebroed.
Parelhoenders worden ook gefokt voor hun vlees. Parelhoen heeft een lichte wildsmaak. Voor de bereiding komen alle fazantenrecepten in aanmerking.
Tijdens het carnaval staat het West-Brabantse Roosendaal bekend als Tullepetaonestad. Het woord Tullepetaon, zoals de Roosendaler zich met carnaval noemt, is door letteromzetting en klankomwisseling ontstaan uit het woord Poelepetaat (gebaseerd op poule pintade, het Franse woord voor parelhoen). Op De (Oude) Markt in de stad staat een standbeeld van De Tullepetaon door kunstenaar Léon Vermunt, dat een Parelhoen met Carnavalssteek en boerenkiel voorstelt.
Parelhoenders (Numididae) zijn hoenderachtige vogels met veel ondersoorten. Ze worden ook wel poelepetaten of stipkippen genoemd (van poule-pintade, in het Frans heet een parelhoen een pintade). De familie telt 6 soorten.