Dryudella ist eine Gattung der Grabwespen (Spheciformes) aus der Familie Crabronidae. Weltweit sind 42 Arten bekannt, die überwiegend in der Paläarktis auftreten, neun Arten besiedeln die Nearktis, eine, Dryudella pinguis, lebt in der Holarktis.[1] 13 sind auch in Europa.[2]
Die Gattung kann von der ähnlichen Astata durch das nur sehr fein strukturierte Propodeum unterschieden werden. Auch teilt eine sehr feine Flügelader die Submarginalzelle I im Vorderflügel. Anders als bei der ähnlichen Gattung ist die Stirn der Männchen nicht schwarz, sondern trägt einen großen, gelblichen Fleck vor dem vorderen Punktauge (Ocellus). Das glänzende Pygidialfeld der Weibchen ist nur von wenigen, ungekrümmten Wimperhärchen gerandet.[1]
Die Brut wird mit Wanzen verschiedener Familien, am häufigsten mit Baumwanzen (Pentatomidae) versorgt.[1]
Dryudella ist eine Gattung der Grabwespen (Spheciformes) aus der Familie Crabronidae. Weltweit sind 42 Arten bekannt, die überwiegend in der Paläarktis auftreten, neun Arten besiedeln die Nearktis, eine, Dryudella pinguis, lebt in der Holarktis. 13 sind auch in Europa.
Dryudella is a genus of wasps in the family Crabronidae. There are more than 50 described species in Dryudella.[1][2][3][4][5]
These 57 species belong to the genus Dryudella:
Dryudella is a genus of wasps in the family Crabronidae. There are more than 50 described species in Dryudella.
Dryudella is een geslacht van graafwespen (Crabronidae). De wetenschappelijke naam van het geslacht is voor het eerst wetenschappelijk gepubliceerd door Maximilien Spinola in 1843.[1]
Er waren, in 1976, 42 soorten beschreven in dit geslacht. De meeste soorten komen voor in het Holarctisch gebied; enkele ook in het Afrotropisch en Neotropisch gebied.[2] In Nederland zijn twee soorten waargenomen, de Noorse wantsendoder Dryudella pinguis en de slanke wantsendoder Dryudella stigma.[3]
Zoals de Nederlandse namen aangeven, jagen deze wespen op wantsen, meer bepaald bodemwantsen (familie Lygaeidae) in het geval van D. pinguis. Ook pantserwantsen (Scutelleridae) of knotswantsen (Rhopalidae) zijn prooien van Dryudella. De wesp graaft een nest in de bodem en vult die met een aantal prooien. Die brengt ze naar het nest nadat ze ze met een steek heeft geïmmobiliseerd. Op een van de wantsen legt ze een eitje. Een nest kan uit meerdere cellen bestaan.[4]
Bronnen, noten en/of referentiesDryudella Spinola, 1843
Dryudella (лат.) — род песочных ос (Crabronidae) из подсемейства Astatinae. Мелкие осы (5—10 мм) чёрного цвета с частично красноватым брюшком. Охотятся на клопов из семейств Pentatomidae, Scutelleridae, Lygaeidae, Reduviidae, Cydnidae, Alydidae и Rhopalidae, которых запасают для своего потомства в земляных многоячейковых гнёздах. Глаза у самцов соприкасаются, а их лоб с выступающей площадкой[1][2].
Около 50 видов[3]. В Европе найдено 13 видов[4], в Казахстане — 16 видов, в Неарктике — 10 видов, в Ориентальной области — 2 вида[1]. Для СССР указывалось 3 вида[2].
Dryudella (лат.) — род песочных ос (Crabronidae) из подсемейства Astatinae. Мелкие осы (5—10 мм) чёрного цвета с частично красноватым брюшком. Охотятся на клопов из семейств Pentatomidae, Scutelleridae, Lygaeidae, Reduviidae, Cydnidae, Alydidae и Rhopalidae, которых запасают для своего потомства в земляных многоячейковых гнёздах. Глаза у самцов соприкасаются, а их лоб с выступающей площадкой.